Omarm de vuiligheid!

Blog

Red jezelf (en de planeet)

Omarm de vuiligheid!

In een wereld die obsessief reinigt en steriliseert, stelt blogster Evelyne Janssens zich de vraag wat we verliezen door het vuil volledig uit ons leven te bannen. Je vergiftigt je huis, je huid en je kind – en dat allemaal om ‘proper’ te zijn? Hoog tijd om vuil eerherstel te geven.

Toegegeven, in mijn hoogzwangere toestand zijn er tijdens deze verzengende (en onrustwekkende!) hitte allicht veel betere dingen te doen dan even op je gat te zitten en een artikeltje te schrijven, maar het middaguur is momenteel geen goed moment om je in de moestuin te wagen, tenzij je je graag te pletter zweet en een voorliefde hebt voor zonnebrand. Wat dus bij mij niet het geval is. Nee, in plaats daarvan wilde ik u deelachtig maken aan mijn ideeën omtrent het vuil en de vuiligheid die ons omgeeft, en dan heb ik het niet over personen als Donald Trump of Filip De Winter, of andere narigheid als oorlog en genocide, maar heel letterlijk over de relatie die wij als eenentwintigste-eeuwse mens onderhouden met datgene wat wij als “niet proper” beschouwen.

Sinds we ons boerenbestaan in Frankrijk leiden, heb ik gemerkt dat menig bezoeker zich (al dan niet met afkeer) verbaast over de beperkte mate van hygiëne in en rond ons huis. Dat begint al meteen bij het eerste bezoek aan ons composttoilet; niet alleen achten velen een luchtverfrisser meer dan wenselijk, maar ook de vele spinnenwebben, houtschilfers en stof in alle hoeken van het hokje met uitzicht op het bos laten zeer aan de gangbare hygiënewensen over. Om nog maar te zwijgen over de her en der verspreide spikkels vliegenstront en de overduidelijke gangen die ratten en ander “ongedierte” daar beneden in die vormeloze massa van mensencompost en zaagsel hebben gegraven.

In het begin schaamde ik me vaak een beetje, maar nu doe ik dat alles af met een lacherig ‘à la ferme comme à la ferme!’ En hoe meer ik erover nadenk, hoe meer ik ervan overtuigd geraak dat vuil allesbehalve een vijand is die we met allerlei bestrijdingsmiddelen op afstand moeten houden, maar juist een vriend die we moeten omarmen. Dat wil niet zeggen dat we vuil de volledige overhand moeten geven, maar dat we ermee op vriendelijke voet kunnen staan, en niet hoeven te lijf te gaan met agressieve producten als chemicaliën en pesticiden, die uiteindelijk onszelf – en de planeet – allerminst ten goede komen.

Ik heb nooit het bestaan van witte babykleren begrepen. Als je een kind de wereld laat ontdekken, dan kan die toch niet anders dan vuil worden?

Dat het overgrote deel van de gangbare huishoudelijke producten barsten van pesticiden, chemicaliën en weet ik veel wat voor andere schadelijke stoffen, valt niet alleen heel duidelijk af te lezen aan het etiket (inslikken of contact met de ogen/huid = gevaarlijk), maar wordt ook uit de doeken gedaan in het boek We eten ons dood van Louis De Jaeger (dit is uiteraard slechts één van de vele boeken waarin u dergelijke informatie kunt vinden).

Het is onvoorstelbaar hoé véél pesticiden ons omgeven in ons dagelijks leven, van de voedselindustrie over kasticketjes en fopspenen tot huishoudproducten. Daarnaast is er ook de alomtegenwoordige aanwezigheid van microplastics, die via de meest uiteenlopende producten ons lichaam binnendringen (zoals bv tandpasta, douchegel en andere verzorgingsproducten).

Hoewel het onderzoek omtrent de invloed van microplastics op onze gezondheid nog in z’n kinderschoenen staat, wijzen de eerste resultaten richting DNA-schade, orgaandisfunctie, verstoringen in het metabolisme en immuunsysteem, alsook aantasting van de vruchtbaarheid en het voortplantingssysteem. Allemaal heel slecht voor de gezondheid, inderdaad. Is het niet contradictorisch dat wat we gebruiken om onszelf en ons huis “proper” te maken ons eigen lichaam enorm vervuilt en vergiftigt? 

Jammer genoeg begint de bestempeling van “het vuil” als grote demon al van voor we als mens nog maar ter wereld komen. Als zwangere vrouw krijg je bij je eerste doktersbezoek meteen te horen dat je een heleboel zaken moet vermijden (vooral rauwe en verse producten) en je vooral alles wat je aanraakt en inneemt zoveel mogelijk moet steriliseren. Dit komt in feite neer op het eten van “dood” voedsel. Wie echter op zoek gaat naar alternatieve literatuur, stuit meteen op een heel andere boodschap: consumeer zoveel mogelijk vers en levend voedsel, aangezien dat vol zit met levende cellen, vitaminen en enzymen die ons lichaam nodig heeft voor een optimale werking.

Toch primeert in het westerse medische discours een obsessionele nadruk op risicobeperking, en wordt heel wat kinderen uit disproportionele angst voor extreem zeldzame ziektes (zoals listerie, toxoplasmose & co) nog voor hun geboorte de toegang tot gezonde voeding ontzegd. Zo wordt misschien wel elk risico op ziekte beperkt, maar wordt op lange termijn een veel grotere kwetsbaarheid voor ziekte gecreëerd, doordat wat goed is voor het immuunsysteem volledig buiten beschouwing wordt gelaten. Het is niet toevallig dat de afgelopen decennia het aantal voedselallergieën, intoleranties en auto-immuunziektes zo sterk is toegenomen: mensen hebben gewoon nog amper toegang tot levend en gezond voedsel.

Je hoeft echt niet naar bloemetjes en acaibessen uit Brazilië te ruiken om proper te zijn, je kleren ook niet, en je huis ook niet.

Een stramien dat na de geboorte gewoon doorgaat: alles steriliseren, pas op voor het vuil! Persoonlijk heb ik nooit het bestaan van witte babykleren begrepen. Als je een kind de wereld laat ontdekken (of het nu om eten gaat of door de tuin kruipen), dan kan die toch niet anders dan vuil worden?

Alleszins is die angst voor vuil volledig ongegrond, zo stelt ook de Duitse dokteres Sarah Schmidt in haar boek Freebirth: ‘The German saying “dirt cleanses the stomach” is not altogether wrong. Research has established that a person who was exposed to dirt and bacteria in childhood, for example the ones commonly found on a farm, has a lower chance of developing allergies and asthma.

Verder stelt ze dat een grotere variatie van de bacteriën in onze darmflora zorgt voor een beter functioneren van ons verterings- en immuunsysteem. En als ik naar mijn eigen gezondheid en die van mijn gezin kijk, dan kan ik niet anders dan haar gelijk geven: dirt is not the enemy!

Maar moeten we ons dan maar gaan wentelen in stront en modder en nooit meer een douche nemen? Nee, uiteraard niet. Een minimum aan hygiëne is voor elke gezonde mens een basisvoorwaarde. God verhoede dat we terugkeren naar de stank en smerigheid van de middeleeuwen! Maar een herpositionering van dit minimum is hier vandaag voor de westerse mens op zijn plaats, en deze herpositionering gaat hand in hand met een herwaardering van het vuil.

Daarom wil ik oproepen: stop met jezelf en je eigen huis voortdurend met giftige en onnatuurlijke chemicaliën in te smeren, je vergiftigt je eigen lichaam en onze planeet. Want misschien denk je dat je met je heerlijk ruikende hibiscus-rozenshampoo al het vuil uit je haren hebt gewassen, in realiteit verdampt die chemische troep niet op één of andere magische manier, maar komt vroeg of laat terug in de natuur en je eigen lichaam terecht, en zo ben je langzaam je eigen leefomgeving en jezelf aan het vergiftigen.

Je hoeft echt niet naar bloemetjes en acaibessen uit Brazilië te ruiken om proper te zijn, je kleren ook niet, en je huis ook niet. Ikzelf gebruik al jarenlang geen shampoo, douchegel of deodorant meer, en ik stink niet of ben niet vies, integendeel, als ik nog eens een zeldzame keer in België kom, zeggen mensen altijd dat ik straal en er zo goed uitzie.

Mijn afwas en huishouden doe ik met een zelfgemaakt brouwsel van klimop en azijn. Ook m’n wasmiddel (voornamelijk bestaande uit houtas) en intussen zelfs vaatwastabletten maak ik zelf (sinds ik ontdekte dat die óók al microplastic bevatten), en ook al schuimen al die zelfgemaakte middeltjes niet zo hard als de industriële producten, en ruikt het ook niet heerlijk naar bloemetjes, toch is daarmee het minimum aan hygiëne bereikt.

Als je het zelf maakt, van eenvoudige basisproducten, stel je op zoveel manieren een positieve daad naar jezelf en onze aarde: je product is natuurlijk, hyperlokaal, verpakking- en vaak (bijna) kostenloos. En misschien is het genetisch, maar ik kan me niet herinneren in de afgelopen jaren één keer naar de dokter te zijn gemoeten omdat ikzelf of mijn kinderen ziek waren.

Daarom wil ik bij de aanhef van dit nieuwe zomerseizoen nog snel deze kreet lanceren (voor ik volledig bedolven wordt onder een verpletterende oogst en tussen de tomaten, bessen en patatten allicht amper nog een woord op papier zal krijgen): Omarm jezelf, en de natuur: omarm het vuil!

(noot van de redactie: tussen het schrijven van deze blog en de publicatie ervan is Evelyne thuis bevallen van een flinke jongen, Samuel. We wensen hem een goede gezondheid en veel voorspoed toe.)