Solidariteit met arme landen brokkelt af

Nieuws

Ontwikkelingssamenwerking staat onder druk

Solidariteit met arme landen brokkelt af

Na vijf jaar van stijgende ontwikkelingshulp is er in 2024 een daling in de internationale solidariteit vastgesteld. Koepelorganisatie 11.11.11 noemt de nieuwste cijfers van de OESO alarmerend.

De jarenlange stijging van de internationale hulp aan landen in armoede of conflict lijkt tot stilstand te zijn gekomen in 2024, volgens de officiële cijfers van de OESO. Uit hun rapport over de officiële ontwikkelingssamenwerking (Official Development Assistance of ODA) blijkt dat ook de Europese zwaargewichten op vlak van internationale solidariteit, waaronder Duitsland, Zweden en Nederland, steeds minder engagement tonen met ontwikkelingslanden of landen in conflict.

Voor België tonen de cijfers voor 2024 nog een stijging van de ODA met 12%, maar de ondertussen aangekondigde besparingen van 25% voorspellen een daling van de internationale hulp vanuit ons land vanaf dit jaar.

En landen als de Verenigde Staten kondigen een nog veel grotere afbraak van ontwikkelingssamenwerking aan. ‘Dit is niet zomaar een kwestie van cijfers op papier. Het zijn politieke keuzes met echte gevolgen voor het leven en welzijn van miljoenen mensen: méér conflicten, méér gedwongen migratie en een groeiende mondiale ongelijkheid’, reageert solidariteitskoepel 11.11.11 op de wereldwijde besparingstrend.

België

In 2024 bedroeg de globale ODA 212,1 miljard dollar, een reële daling van 7,1% ten opzichte van het jaar daarvoor. Slechts vier landen halen de internationaal afgesproken norm van 0,7% van het bruto nationaal inkomen voor ontwikkelingshulp: Denemarken, Luxemburg, Noorwegen en Zweden.

‘Zonder internationale samenwerking is er geen oplossing mogelijk voor klimaat, migratie of voedselzekerheid.’

De stijging van de Belgische uitgaven voor ontwikkelingssamenwerking in 2024 valt vooral te verklaren door een bijkomende provisie die specifiek werd toegekend aan Oekraïne, evenals door de stijging van opvangkosten voor vluchtelingen op Belgisch grondgebied, kosten die volgens de OESO-regels als ODA kunnen worden meegerekend.

Deze opvangkosten maakten in 2024 dan wel 15% uit van de Belgische ontwikkelingssamenwerking, ze dragen niet echt bij aan structurele veranderingen in de strijd tegen de wereldwijde armoede en ongelijkheid, stelt 11.11.11.

‘Terwijl de wereld in brand staat, trekt België zich terug achter de muur van het begrotingsdiscours’, zegt 11.11.11-beleidsmedewerker Griet Ysewyn. ‘Maar zonder internationale samenwerking is er geen oplossing mogelijk voor klimaat, migratie of voedselzekerheid. Je bespaart vandaag een beetje om morgen véél meer te betalen.’