Unicef: In tien jaar 3500 kinderen verdronken in Middellandse Zee

Op 18 april zal het tien jaar geleden zijn dat een catastrofale schipbreuk voor de kust van Italië meer dan duizend mensen het leven kostte, onder wie heel wat kinderen.

Sindsdien zijn minstens 20.803 mensen omgekomen of verdwenen in de centrale Middellandse Zee, zegt kinderrechtenorganisatie Unicef. Maar veel schipbreukelingen op de gevaarlijke migratieroute vanuit Noord-Afrika hebben geen familie of blijven ongeregistreerd – waardoor het werkelijke aantal mensen dat sterft of verdwijnt waarschijnlijk veel hoger ligt.

Onder hen zijn ook veel kinderen die de centrale Middellandse Zeeroute proberen over te steken, vaak op de vlucht voor oorlog, conflict, geweld en armoede, aldus Unicef.

Getekend

Het aantal kinderen is moeilijk te verifiëren, maar op basis van het aandeel kinderen dat de overtocht wel heeft kunnen maken, schat Unicef dat minstens 3500 kinderen zijn omgekomen sinds 2015.

Wie wel slaagt in de overtocht, is echter vaak getekend voor het leven. Zeven op de tien kinderen maken de reis ook zonder ouder of wettelijke voogd. Uit enquêtes blijkt dat meer dan de helft van de kinderen en jongeren te maken kreeg met fysiek geweld, en een derde meldt dat ze tegen hun wil op een locatie werden vastgehouden.

‘Tien jaar geleden kwamen meer dan duizend mensen om het leven bij een schipbreuk voor de kust van Italië, wat een schokgolf in de regio veroorzaakte’, zegt Regina De Dominicis, speciaal coördinator bij Unicef.

‘Overheden moeten de rechten en belangen van kinderen beschermen. De rechten die zijn vastgelegd in het Verdrag inzake de Rechten van het Kind houden niet op bij grenzen of kusten. Ze reizen met kinderen mee tijdens de oversteek.’