Pascal Debruyne
'De Arizonaregering is het moreel kompas gewoon kwijt'
“‘Nieuwe kaalslag in het beleid tegen gezinshereniging’

© Unsplash/im_benmoses

© Unsplash/im_benmoses
“And if you tolerate this, then your children will be next”, zingen de Manic Street Preachers. Het lied waarschuwt voor de gevolgen van apathie en onderdrukking tegen de achtergrond van een extreemrechtse opmars. Het doet denken aan het wetsontwerp gezinshereniging dat de voltallige Arizonaregering in de Commissie Binnenlandse Zaken goedgekeurde.
Pascal Debruyne is docent en onderzoeker, Asiel en Migratie, Odisee Hogeschool. Kenniscentrum Gezinswetenschappen.
Vooral het schrappen van het recht op een gezinsleven voor Niet Begeleide Minderjarige Vreemdelingen die subsidiaire bescherming krijgen, springt in het oog. Dat gezinshereniging al strenger was -en nog strenger werd- is één ding. Dat kinderen vervolgens “aan de beurt zijn” roept andere vragen op.
Het is een pijnlijk voorbeeld van wat “het strengste migratiebeleid ooit”, gedreven door extreemrechts gedachtegoed, betekent. Als de morele maat van een regering afgemeten wordt aan hoe men met kinderen omgaat, dan is Arizona het moreel kompas gewoon kwijt.
Mensenrechten onder druk
Deze beslissing staat haaks op de internationale verplichtingen van België inzake kinderrechten. Volgens het Kinderrechtenverdrag van de Verenigde Naties heeft elk kind recht op gezinsleven en op regelmatige persoonlijke betrekkingen met beide ouders tenzij dit strijdig is met het belang van het kind (artikel 24.2 en 24.3). Het belang van het kind moet altijd vooropstaan. Door gezinshereniging te beperken, wordt het fundamentele recht van kinderen om met hun ouders op te groeien ernstig ondermijnd.
Ook artikel 8 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens waarborgt het recht op respect voor privé-, familie- en gezinsleven. Dit recht geldt voor iedereen, ongeacht hun verblijfsstatus. In de rechtspraak van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens wordt benadrukt dat staten slechts onder strikte voorwaarden mogen ingrijpen in het gezinsleven, en dat migratiebeleid geen disproportionele belemmering mag vormen voor gezinshereniging. Dat geldt zeker voor mensen op de vlucht, die extra bescherming verdienen ter zake. Door gezinshereniging voor NBMV’s met subsidiaire bescherming vrijwel onmogelijk te maken, dreigt België in strijd te handelen met deze fundamentele rechten.
Strenge voorwaarden
Het Belgische beleid rond gezinshereniging was al bijzonder streng, zeker voor mensen met subsidiaire bescherming. Maar net als erkend vluchtelingen en staatlozen had deze groep tot voor kort een vrijstellingsperiode van de materiële voorwaarden - “voldoende, stabiele en regelmatige inkomen” en “geschikte huisvesting”- van een jaar.
Voor die eerste twee groepen wordt de vijrstellingsperiode ingekort tot 6 maanden. Subsidiair beschermden worden in de nieuwe wet geconfronteerd met een wachttermijn van twee jaar alvorens men zich kan herenigen met zijn gezin. Voor hen gelden de verhoogde inkomensvoorwaarden straks altijd. Wie zijn gezin wil laten overkomen, moet volgens de nieuwe wet aantonen dat hij of zij over voldoende, stabiele en regelmatige bestaansmiddelen beschikt: 2.330 euro netto met 10% extra per gezinslid ten laste.
Concreet: een man uit Eritrea die na 1,5 jaar subsidiaire bescherming krijgt, zal nog twee jaar moeten wachten voordat hij gezinshereniging kan opstarten. Als zijn vrouw en twee kinderen willen overkomen, moet hij 2.750 euro verdienen. Uitkeringen tellen doorgaans niet mee, tijdelijke contracten of deeltijdwerk evenmin.
Myria noemt deze inkomensvoorwaarde “onrealistisch” en wijst erop dat ze in de praktijk vooral kwetsbare gezinnen treft. Een universeel recht op een gezinsleven? Iemand?
Daarbovenop komen de torenhoge kosten van de procedure. Volgens simulaties van Myria lopen de kosten voor een aanvraag voor vier gezinsleden op tot 4.000 à 6.000 euro. Dat bedrag omvat niet alleen administratieve bijdragen aan de Dienst Vreemdelingenzaken en service fees voor ambassades, maar ook de kosten voor het verkrijgen en legaliseren van documenten, medische attesten, DNA-tests (245 euro per persoon) en vaak meerdere reizen naar ambassades in buurlanden. Voor veel gezinnen is dit simpelweg onbetaalbaar. Het schrijnend gebrek aan laagdrempelige sociaal-juridische ondersteuning komt daarbovenop.
Het gevolg beschrijf ik in mijn eigen onderzoek en boek “Gezinshereniging onder druk”: gezinnen blijven jarenlang gescheiden, kinderen groeien op zonder hun ouders, en de stress en onzekerheid ondermijnen elke kans op ‘integratie’ en sociale mobiliteit waardoor men mee de schouders onder de welvaartstaat kan zetten. Ook Vluchtelingenwerk Vlaanderen en het Vlaamse Kinderrechtencommissariaat kaarten de negatieve impact op NBMV aan. Samen met Myria en UNHCR kaarten ze daarenboven aan dat de bijkomende drempels in het wetsvoorstel de integratie verhinderen.
Een recht wordt een gunst
Het argument van de regering dat ouders “maar een humanitair visum moeten aanvragen” is in deze context hol. Een humanitair visum is geen recht, maar een gunst: de procedure is onzeker, traag en afhankelijk van de goodwill van de overheid. In de praktijk is het een loterij, geen oplossing.
Bovendien moet zo’n visum altijd fysiek bij de dichtstbijgelegen ambassade worden aangevraagd, in tegenstelling tot gezinshereniging dat -na het zogenaamde ‘Afrin-Arrest’ van het Europees Hof van Justitie- op afstand mag aangevraagd worden. De gevaarlijke grensoversteek vanuit Afghanistan naar Pakistan of Eritrea naar Ethiopië worden dus obligaat in deze nieuwe regeling.
Zo wordt het recht op gezinsleven, nochtans verankerd in het Kinderrechtenverdrag, artikel 8 EVRM en het Handvest van de Grondrechten van de EU en de Belgische grondwet, in de feiten uitgehold tot een privilege voor de enkeling die aan alle – vaak onmogelijke – voorwaarden voldoet.
Dit is sociaal beleid?
Wie de discussie in de commissie volgde, hoorde Minister Van Bossuyt verwijzen naar kinderen op de vlucht die verdwijnen, en 'ingezet' worden om vooruit te reizen. Maar je kon ook horen hoe Vooruit de maatregel verdedigde als noodzakelijk om ‘grip op migratie’ te houden. Vooruit schildert de oppositie af als naïef: “ze zingen Kumbaya”. Vooruit vindt dit sociaal beleid, bij monde van Kamerlid Achraf El Yakhloufi . Trouwens, de groep van Niet Begeleide Minderjarige Vreemdelingen die subsidiaire bescherming krijgt telt enkele tientallen kinderen en jongeren volgens cijfers van het CGVS in 2024, in tegenstelling tot de quasi 900 NBMV die erkend wordt als vluchteling op basis van de Conventie van Genève. Die tientallen geven opeens “grip op migratie”?
CD&V sprak haar zijn volledige steun uit voor het wetsontwerp gezinshereniging. Waarom? Om mensen die écht bescherming nodig hebben te kunnen opvangen. NBMV met subsidiaire bescherming hebben bescherming nodig, en krijgen die. Hun ouders, die vergeten we wel even?
Deze argumenten verhullen een harde realiteit die regel werd in het migratiebeleid: rechten zijn niet langer universeel, maar worden voorwaardelijk gemaakt. Ze zijn gereserveerd voor wie “productief” is en tot “onze mensen” behoort. Het “extreme centrum” legitimeert zo een beleid dat ooit het monopolie was van de uiterste rechterzijde en nu wordt verpakt in een schijn van redelijkheid.
Morele vaandelvlucht
Wat Arizona beslist is dus niet zomaar een technische aanpassing. Het is een fundamentele keuze voor uitsluiting, voor het institutionaliseren van ongelijkheid en voor het ondermijnen van kinderrechten. Het “extreme centrum” heeft het welvaartschauvinisme van uiterst rechts overgenomen, maar verpakt het in een schijn van redelijkheid en verantwoordelijkheid. Maar het resultaat is hetzelfde: kwetsbare kinderen worden gestraft, gezinnen worden uit elkaar gehouden, en de samenleving draait op voor de emotionele en maatschappelijke schade.
Toch is er hoop. Het valt te verwachten dat het Grondwettelijk Hof en/of het Europees Hof voor de Rechten van de Mens zich zullen uitspreken over deze wet. Zij zijn de laatste verdedigingslinie tegen een beleid dat fundamentele rechten ondergraaft. Maar zolang die uitspraak uitblijft, blijven deze groep kinderen in onzekerheid en gescheiden van hun ouders. Het is morele vaandelvlucht. Volgende week wordt dit plenair gestemd. Laat ons hopen dat de Arizonapartijen, zeker die met een sociaal gelaat die zich graag als gezinspartij profileren of kinderrechten graag in het uitstalraam zetten, nog tot andere inzichten komen. Dit gaat over kinderen! Echt, “how dare you”?
De meningen en standpunten in deze opiniebijdrage zijn die van de auteur en weerspiegelen niet noodzakelijkerwijs die van de MO*redactie.