David Van Reybrouck: ‘Er wordt niets gedaan om ons roofzuchtige economische systeem aan te pakken’

Interview

Samenloop van Omstandigheden: de wereld en de aarde

David Van Reybrouck: ‘Er wordt niets gedaan om ons roofzuchtige economische systeem aan te pakken’

In een zomerreeks met vier bijzondere denkers mocht De Denker der Nederlanden natuurlijk niet ontbreken. Restaurant Samenloop dekte de tafel, en David Van Reybrouck vulde de borden, de glazen en de uren met zijn driegangenmenu van wereld en aarde, de mens en al het levende, macht en tegenkracht.

Over een samenloop van omstandigheden gesproken. Tijdens het gesprek dat grotendeels draait rond de klimaatcrisis, brengt Munir uit Bangladesh het hoofdgerecht. Hij komt uit Cox’s Bazar, de zuidelijke stad waar ik jaren geleden al enorme zandzakken op het eroderende strand zag liggen.

Het stijgende oceaanwater en de genadeloze stormen hadden al een deel van de weg die parallel loopt aan de kustlijn weggespoeld. Munir wijst er op dat de overstromingen niet enkel vanuit de oceaan komen, maar ook door de steeds onbetrouwbaardere moessonregens én door de grote dammen op de rivieren in India, die soms de sluizen openzetten om in eigen land waterschade te beperken.

Later verschijnt Louise aan onze tafel. Ze komt uit Congo, zegt ze. Dat is voor David Van Reybrouck meer dan een toevallig land, uiteraard. Het duurt maar enkele korte vragen vooraleer duidelijk is dat Louise uit Kinshasa komt, meer bepaald Limete, meer bepaald uit de straat waar Van Reybrouck ooit een paar weken gelogeerd heeft. ‘Wij waren buren!’ roept hij uit.

De warme ontmoeting illustreert meteen ook de pijnlijke realiteit. Voor Van Reybrouck was Limete een uitvalsbasis om zijn boek over Congo te schrijven. Voor Louise was het thuis. Maar ze moest haar familie achterlaten toen haar man onder duistere omstandigheden het leven liet – ‘politieke problemen’, zegt ze daarover. Zij kan niet terug.

David Van Reybrouck keerde onlangs wel terug naar Congo, per vrachtboot. Focus was ditmaal niet het koloniale verleden, maar de toekomstige klimaatcrisis. Al zijn beide onderwerpen in het heden niet te scheiden.

‘De manier waarop de koloniale logica de aarde, de bevolking en hun rijkdommen uitbuit en uitput is wellicht de belangrijkste koloniale erfenis die bestreden moet worden.’

‘De manier waarop de koloniale logica de aarde, de bevolking en hun rijkdommen uitbuit en uitput is wellicht de belangrijkste koloniale erfenis die bestreden moet worden. Meer dan standbeelden, geschiedenisboeken of andere symbolen.’

‘Die koloniale extractie wordt op dit moment met afschuwelijk enthousiasme in de praktijk gebracht, ook door de nationale elites van heel veel landen in het Globale Zuiden. Wat ik op mijn recente reis in Congo en Angola gezien heb, is op dat vlak echt deprimerend.’

Wordt dat koloniale heden voldoende aangeklaagd en bestreden?

David Van Reybrouck: Ik heb de indruk dat er enkele decennia geleden, toen ik als tiener interesse kreeg voor de wereld, veel duidelijker man en paard genoemd werd. Nu worden corrupte elites uit Noord én Zuid vaak met fluwelen handschoenen benaderd. Afrika wordt gereduceerd tot slachtoffer, wat resulteert in een nieuw paternalisme. Op die manier neemt men de Afrikaanse elites niet ernstig en confronteert men hen niet met hun verantwoordelijkheid.

Anderzijds lijkt Europa alleen pas oog te hebben voor Afrikaanse levens als ze in de Middellandse Zee belanden. Zowel het ene als het andere staat heel ver af van de gelijkwaardige verhouding die landen uit Noord en Zuid zouden moeten hebben.

Louise en de meest van haar collega’s in Samenloop moesten hun leven riskeren om hier te geraken. Het zijn die nationale grenzen die de wereld opdelen, schrijft u in uw jongste boek De wereld en de aarde.

David Van Reybrouck: Het devies lijkt te zijn: verdeel de planeet in naties en heers. Organiseer en consolideer de macht rond polen. Ooit was de wereld bipolair, dan unipolair en nu eerder multipolair. Dat lijkt te werken voor “de wereld”, maar niet voor “de planeet”, omdat de uitdagingen gewoon geen rekening houden met door mensen opgelegde muren of beperkingen.

Klimaat, migratie, biodiversiteit, epidemieën of planetoïden die op ons afkomen: dat zijn de planetaire uitdagingen en we hebben gewoon geen instrumenten om daarmee om te gaan, laat staan om er snel en efficiënt op te reageren. Wat we hebben is een multilaterale wereld, de erfenis van 1945.

Het probleem is dus dat we de mensenwereld gelijkstellen aan de aarde. We verwarren onze leefwereld, met al zijn grenzen en hoofdsteden en snelwegen, met de planeet.

We denken trouwens ook over naties alsof ze er altijd geweest zijn, terwijl het eigenlijk pas sinds 1965 is dat het grootste deel van de wereld onderverdeeld werd in soevereine naties. De postkoloniale staten volgen grotendeels de koloniale grenzen en dat verandert niets aan het feit dat de aarde aan elkaar hangt van oceaanstromen, weerspatronen en biogeochemische cycli.

Misschien is de klimaatcrisis nog niet verwoestend genoeg om een moment van mondiaal idealisme te veroorzaken.

De wereld functioneert op basis van macht, maar als we een effectieve aardepolitiek willen ontwikkelen, zal ook daarvoor macht nodig zijn: iemand moet de mogelijkheden, de middelen en de legitimiteit hebben om diepgaande veranderingen te realiseren.

David Van Reybrouck: De Verenigde Naties zijn niet ontstaan vanuit een machtsverlangen, maar vanuit de behoefte om rauwe macht zo te organiseren en te kanaliseren dat oorlog en destructie voorkomen worden. De crisis van de wereldoorlog veroorzaakte een vredesverlangen dat onmiddellijke machtsaanspraken kon overstijgen. Het is een verontrustende vaststelling, maar misschien is de klimaatcrisis nog niet verwoestend genoeg om een dergelijk moment van mondiaal idealisme te veroorzaken.

We hebben wel al de nodige begrippen om het over die aardecrisis te hebben: klimaatverandering, de biodiversiteitscrisis, de verzuring van de oceanen. Maar, waarschuwt Andri Snaer Magnason, we hebben eigenlijk geen idee van de omvang van de problemen die we ermee benoemen.

David Van Reybrouck: Het lijkt me al cruciaal dat we de aardecrisis niet herleiden tot de klimaatopwarming. Dat we niet in de val van het CO2-reductionisme trappen. Want zélfs als we er onverwacht toch in zouden slagen om de komende tien jaar de CO2-uitstoot snel en wezenlijk te verminderen en zelfs als we met geo-engineering het teveel uit de atmosfeer zouden kunnen halen, dan nog zou een ongeremde economie ons regelrecht naar een kapotte aarde kunnen voeren.

De dramatische achteruitgang van de biodiversiteit of de uitputting van natuurlijke rijkdommen en ecosystemen stoppen niet als we fossiele brandstoffen vervangen door hernieuwbare. Er is meer nodig.

Het beste model om onze aardepolitiek te oriënteren, is het model van Röckström: de grenzen van het aardsysteem. Er werden negen grenzen omschreven, waarvan er intussen maar liefst zeven ernstig overschreden zijn. Zeven! Die planetaire grenzen verwijzen niet alleen naar klimaatopwarming, maar ook naar bijvoorbeeld de dramatische toename van “forever chemicals” in alle uithoeken van het milieu en van ons lichaam.

En toch laten we dat gebeuren.

David Van Reybrouck: Er wordt niets gedaan om ons roofzuchtige economische systeem aan te pakken. En dat gaat niet enkel over consumptie, maar ook over productie en ontginning. Het roven en uitputten van natuurlijke rijkdommen, dat zijn wortels heeft in de koloniale uitbuiting van het Globale Zuiden, breidt zich de komende decennia uit richting maan en Mars.

Begin juni alleen al zijn er twee pogingen geweest om een maanlanding uit te voeren, een door een Amerikaanse onderneming, een door een Japans bedrijf. Voor de komende jaren staan nu al honderden missies naar de maan gepland.

Er worden mogelijkheden onderzocht om mineralen en meer bepaald “zeldzame-maan-mineralen” te ontginnen. Er wordt onderzocht of er zonnecentrales opgezet kunnen worden. We staan met het huidige laatkapitalisme voor de herhaling van de geografische expansie die het vroege kapitalisme nodig had om te groeien.

De koloniale bezetting wordt vervangen door de kolonisatie van de ruimte, die letterlijk niemand en iedereen toebehoort. En dus toevalt aan de eerste die bezit kan claimen.

De meest onmiddellijke expansie van het kapitalisme mikt niet op de maan, maar op de diepzee.

David Van Reybrouck: Waar dat het meest zichtbaar wordt, is in Noorwegen. Het land gaat prat op zijn duurzame investeringen en hernieuwbare energie. De Noren slaagden erin om een VN-akkoord te krijgen voor de uitbreiding van hun continental shelve: de oceaanbodem die beschouwd wordt als het verlengde van het nationale grondgebied.

Dat onderzeese grondgebied loopt nu bijna tot IJsland en Groenland. Een grondgebied ter grootte van Groot-Brittannië is intussen opengesteld voor exploratie van die oceaanbodem, op zoek naar de grondstoffen zoals mangaanknollen en sulfidekorsten, die daar al millennia opgeslagen liggen.

Het argument is dat die exploratie en later wellicht exploitatie van de oceaanbodem onder Noors toezicht veel duurzamer zullen verlopen dan elders. Het zou ons minder afhankelijk maken van Rusland en China, en minder Congolese kinderen in de mijnen jagen. Maar dat die plannen uitlopen op de verstoring en wellicht verwoesting van de laatste echt wilde gebieden op de planeet, houdt zelfs een “groen” land als Noorwegen niet tegen.

‘Het kapitalisme verschuilt zich achter het argument dat de keuzes en behoeften van de consument de richting aangeven waarin de wereld moet gaan.

Die grondstoffen en mineralen hebben we zowel voor de digitale communicatie als voor de energietransitie nodig. Ze moeten dus ergens vandaan komen. Misschien is de diepzee of de maan nog het minst slechte idee?

David Van Reybrouck: Je gebruikt dan het argument waarachter het kapitalisme zich altijd verschuilt: dat de keuzes en behoeften van de consument de richting aangeven waarin de wereld moet gaan. Als je burgers samenbrengt en hen laat meespreken, krijg je vaak veel verstandigere voorstellen.

Er is bijvoorbeeld onderzoek gedaan dat de voorstellen van burgerberaden (of een burgerforum, dat adviezen over politiek beleid formuleert, red.) over klimaat in een aantal Europese landen vergelijkt met de klimaatvoorstellen of beleidsmaatregelen van hun respectievelijke regeringen. Daaruit blijkt dat politici vaak de consumenten willen bedienen, terwijl burgers het collectieve belang en de noden van toekomstige generaties veel ernstiger nemen.

Regeringen praten over mitigatie en adaptatie. Burgerberaden komen veel duidelijker op voor een economie van het genoeg én voor duidelijke regulering. Burgers zien dat er actie nodig is om een echte klimaatcrisis te voorkomen, maar ze beseffen dat ze daar individueel niet aan toe komen. Ze vragen de overheid daarom om tussen te komen.

Vergelijk het met pensioenen. Iedereen weet dat je geld opzij moet leggen voor je oude dag, maar de meesten van ons slagen daar niet in. Daarom begon de overheid ooit beslag te leggen op een flink deel van ons loon: ze houdt je geld bij voor later en keert het dan in maandelijkse schijven uit.

De uitdaging van vandaag is nog groter, want we weten dat we nu onze consumptie moeten matigen om de toekomstige generaties een leefbare aarde na te laten. Weinig mensen kunnen die matiging individueel opbrengen in een maatschappij die voortdurend groeiende consumptie genormaliseerd heeft. Dus moeten we rekenen op verstandig overheidsbeleid om ons te helpen onze innerlijke Amish te herontdekken. De Amish leefden, zoals je weet, sober en gelukkig.

Om op je vraag te antwoorden: moeten we de laatste ongerepte plek op aarde kapotmaken opdat nog meer mensen schandalig goedkope T-shirts kunnen kopen die vervolgens eenmaal of zelfs helemaal niet gedragen worden?

Opdat nog meer jongeren nog meer uren per dag kunnen kijken naar andere jongeren die foute schoonheidsidealen verkopen via coole video’s? Om nog meer ondersteuning te bieden aan technologie die het geloof in feiten en in democratisch overleg kapotmaakt?

Want laten we wel wezen, die zeldzame-aarde-mineralen dienen niet enkel om windturbines op zee te laten draaien.

Welke overheid heeft de autoriteit en de legitimiteit om dat verstandige beleid uit te tekenen en te realiseren?

David Van Reybrouck: ‘Dat is een terechte vraag. Zelfs onder de uitzonderlijk moedige en visionaire secretaris-generaal Antonio Gutteres krijgen de VN de tanker niet gekeerd. Het zijn immers slechts de Verenigde Naties, een vrijwillig overleg tussen landen.’

‘De opdracht van de VN blijft geweld tussen naties voorkomen of beperken, niet om het geweld van de mens tegen de aarde te voorkomen.’

‘Het uitgangspunt blijft de raison d’état, niet een raison de terre. De opdracht van de VN blijft geweld tussen naties voorkomen of beperken, niet om het geweld van de mens tegen de aarde te voorkomen. Toen duidelijk werd dat er een probleem van opwarming en klimaatverandering groeide, dat gezamenlijk aangepakt moest worden, was het enige instrument om dat te doen de VN.’

‘We proberen nu al dertig jaar om nationale belangen en planetaire oplossingen te verzoenen, maar dat lukt duidelijk niet. De enige verandering die je ziet na dertig klimaattoppen, is dat er naast nationale vertegenwoordigers ook steeds meer lobbyisten voor bedrijfsbelangen aanwezig zijn op de internationale bijeenkomsten.’

De beschikbare instrumenten voldoen duidelijk niet, maar hebben we een alternatief?

David Van Reybrouck: ‘Daarvoor moet je een onderscheid maken tussen blueprint en road map, tussen bestemming en de weg ernaartoe. En de bestemming is het makkelijke deel om te omschrijven, omdat je dan mooi kan uittekenen wat er nodig is om aan effectieve aardepolitiek te doen.Dat is onder andere: een democratie waarin mensen niet alleen het recht hebben om te stemmen, maar ook het recht om te spreken.’

‘Dat is de blueprint, maar de roadmap is moeilijker, want die moet rekening houden met allerlei ingewikkelde machtsverhoudingen tussen partijen en binnen partijen, tussen politieke en economische macht. Om op weg te gaan naar de toekomst moet je niet enkel een droom hebben, je moet bereid zijn heel concreet te rekenen, te navigeren en bij te sturen.’

‘Ik begrijp dat niet. De Amerikaanse president die Europa verraadt, krijgt toch zijn zin.’

De droom die anno 2025 nagestreefd wordt, is niet een democratische, rechtvaardige en duurzame wereld. De utopie die onze leiders drijft, lijkt steeds meer militaire suprematie.

David Van Reybrouck: ‘Ik begrijp dat niet. NAVO-laden die een krankzinnige vijf procent van het bbp aan defensie uitgeven, en alleen maar omdat Donalds Trump het gezegd heeft? De Amerikaanse president die Europa verraadt, krijgt toch zijn zin. Je zou denken dat Europa echt gaat nadenken over een eigen defensiebeleid, of een strategisch bondgenootschap met China onderhandelt.’

Zelf framet u de klimaatverandering ook als een veiligheidsprobleem. Is dat een tactiek om het vandaag toch nog over klimaat te kunnen hebben?

David Van Reybrouck: ‘Of ik Geert Wilders kan overtuigen, moet nog blijken, maar ik wil Henk en Ingrid bereiken. Het gaat ook echt over hun gezondheid, over de kans dat zij slachtoffer worden van een volgende hittegolf, bosbrand of overstroming.’

‘Dat is trouwens niet enkel tactiek, het is ook autobiografie, want mijn vader overleed voortijdig als gevolg van een hittegolf. Het klimaatverhaal hééft gezondheidseffecten en veiligheidsconsequenties. Volstaat dat om het klimaatprobleem opnieuw op de agenda te krijgen? Dat is allesbehalve zeker, want het is altijd moeilijk te winnen als je op het terrein van de tegenstrever moet spelen. Maar je kan ook niet in het comfort van je eigen bubbel blijven.’

In een ongelijke wereld roept u toch op om gezamenlijk voor de aarde te zorgen.

David Van Reybrouck: ‘Ik ben heel nieuwsgierig naar wat er op de volgende Klimaattop echt gedaan wordt met de Braziliaanse belofte om een People’s Summit te organiseren. Dat zou het eerste mondiale burgerberaad zijn, en dus een stap in de goede richting.’

‘Stel dat zo’n parallel overleg met een representatieve dwarsdoorsnede van de wereldbevolking jaarlijks kan plaatsvinden, geflankeerd door nationale of regionale processen, dan zouden miljoenen mensen hun stem kunnen laten horen. Maar ook dan blijft de vraag welke macht ze zouden hebben om het verschil te maken.’

‘Want een rapport van aardbewoners afleveren tijdens een Klimaattop is mooi, vervolgens zijn het toch nog altijd nationale delegaties die gaan beslissen, onder druk van de lobbyisten. Die gaan natuurlijk uit van nationaal belang, al zie je de jongste jaren ook een soort coalitievorming vanuit het Globale Zuiden – met China als zwaargewicht – om een ander en een meer rechtvaardig klimaatbeleid te eisen.’

Al zie ik China nog niet snel inzetten op de burgerberaden die u zo nauw aan het hart liggen.

David Van Reybrouck: ‘Vergis je niet. China heeft tal van burgerraden georganiseerd op stedelijk niveau. James Fishkin, de Amerikaanse politicoloog die veel geschreven heeft over het betrekken van de stem van burgers in de democratie, schreef al in 2010 over Deliberation in an Unlikely Place.’

‘Chinezen besturen pragmatisch maar willen wel de controle behouden. Het mag dus niet te snel gaan. Het mag niet ontsporen. Maar ze willen wel graag weten wat de burgers ervan denken, in elk geval voor de stadsplanning. De mensen die in China op hoog niveau het beleid bepalen, zijn over het algemeen heel bekwaam, maar hun technocratie kan enkel bestaan dankzij structurele repressie.’

Hoe maken we plannen voor een toekomst die we ons nauwelijks kunnen voorstellen?

David Van Reybrouck: ‘De kans dat er de komende twintig, dertig jaar grondige verschuivingen zullen plaatsvinden in mondiale machtsverhoudingen en mondiale beslissingsprocessen is groot. Maar hoe dat zal gaan, welke schokken welke processen in gang zullen zetten, dat is vandaag moeilijk te voorzien.’

‘Kijk naar de EU en de manier waarop de Unie onder druk van externe schokken tot beslissingen kan komen die eerder onbespreekbaar waren. De migratiecrisis, de financiële crisis, de coronacrisis, de Russische inval in Oekraïne, de komst van Trump... leidden allemaal tot meer bevoegdheden voor de EU, en volgens de Eurobarometer leidt dat ook nog eens tot een groeiend vertrouwen van de burger in die EU.’

‘De klimaatcrisissen zullen ook leiden tot een verhuizing van de macht, om een begrip van Luc Huyse te lenen, naar een mondiaal niveau dat voorlopig nog niet echt bestaat. Toen Kant op het einde van de 18de eeuw stelde dat eeuwige vrede maar mogelijk zou zijn als er een federatie van vrije staten kwam, was dat volstrekt utopisch. Vandaag vinden we de Verenigde Naties vanzelfsprekend.’

‘Dat is nog niet de federatie waar Kant aan dacht, maar wel een hele grote stap in die richting. En de EU, de Afrikaanse Unie, de ASEAN (Association of South East Asian Nations): ze bouwen allemaal op datzelfde idee.’

‘De klimaatcrisissen die op ons afkomen zullen veel menselijke ellende veroorzaken en onvoorziene schokken teweegbrengen, maar misschien maken ze een planetair beleid mogelijk dat nu nog ondenkbaar is.’

Op het einde van De wereld en de aarde schrijft u: ‘Meer dan we misschien beseffen, zijn we al opgeschoven van het tijdperk van de verlichting naar een tijdperk van “vervlechting”. Moeten we de verlichting achter ons laten?

David Van Reybrouck: ‘Neen, dat vind ik niet. Ik deel de haat voor de 18de eeuw niet. Ik vind ook niet dat we vandaag een groene of een rode kaart aan het verleden moeten geven. Er zijn ongelooflijke ideeën ontwikkeld en geformuleerd in die periode, en daar zijn we nog steeds schatplichtig aan.’

‘We zouden er beter aan doen die ideeën verder te ontwikkelen voor de huidige uitdagingen. Kants eeuwige vrede werd gedacht vanuit de jonge natiestaten, maar vandaag moeten we vrede herdefiniëren zodat niet alleen mensen en hun staten, maar ook de rest van de levende natuur en de planeet er deel van uitmaken.’

U zegt niet: de rest van de schepping.

David Van Reybrouck: ‘Neen, dat is me te religieus. Ik ben eerder gecharmeerd door een benadering als die van David Abram, met zijn concept more than human of de Franse antropoloog Philippe Descola die het niet meer over de natuur heeft, maar over le vivant.’

‘Als ik het boekje afsluit met de stelling: Het is tijd voor planetair denken, dan is dat ook een opdracht aan mezelf. Want ook ik zoek ruimte binnen een humanistisch denken voor de planetaire zorgen en uitdagingen. Zelfs wie opkomt voor rechten voor de natuur of pleit voor het vertegenwoordigen van de stemmen van de natuur, blijft vaak steken in een manier van denken die de mens vanzelfsprekend centraal stelt.’

’Ecocide zou opgenomen moeten worden in het Verdrag van Rome als een ernstig internationaal misdrijf.’

‘We moeten onze visie op de mens als autonoom heerser corrigeren, zodat er een einde komt aan de strikte en hiërarchische scheiding tussen mens en natuur, maar ook die tussen man en vrouw, lichaam en geest, wit en zwart, het Westen en de rest. De opdracht waarvoor wij staan is een einde te stellen aan het grootste geweld, namelijk dat van de mens tegen de aarde.’

Wat is er daarvoor nodig?

David Van Reybrouck: ‘Om te beginnen zou ecocide opgenomen moeten worden in het Verdrag van Rome als een ernstig internationaal misdrijf, waardoor het Internationaal Strafhof ook de bevoegdheid zou krijgen om klachten daarover te behandelen. Een tweede stap kan zijn het verlenen van rechten aan ecosystemen, zoals al gebeurde op verschillende plaatsen in Latijns-Amerika en in Spanje voor de Mar Menor lagune.’

‘Dat lijkt nog een vreemde gedachte, maar hoe lang waren rechten voor vrouwen ondenkbaar? Ook firma’s kregen pas eind 19de eeuw een rechtspositie. Vervolgens stelt zich natuurlijk de vraag hoe we dat “meer dan menselijke”, dat “levende” kunnen vertegenwoordigen in besluitvormingsprocessen. Daar hebben we voorlopig geen goed antwoord op. In Nederland werd de Ambassade van de Noordzee opgericht. Dat lijkt me wel een interessant initiatief in dit verband.’

De “vervlechting” waarnaar u verlangt gaat verder dan verbinding tussen mensen, het is een proces waarin de aarde en de wereld weer één gemaakt worden?

David Van Reybrouck: ‘Absoluut. De mens is maar één soort op deze ene aardbol. We zijn zo’n succesvolle soort dat we ons enorm hebben voortgeplant én altijd nieuwe oplossingen voor voedsel en energie gevonden hebben. Met als gevolg dat we nu met zovelen zijn en zo veel grondstoffen gebruiken dat we regelrecht op de uitputting van de planeet afstevenen.’

De wereld en de aarde. Hoe houden we het veilig? Door David Van Reybrouck is uitgegeven door De Bezige Bij. 77 blzn. ISBN 978 94 031 3668 4

Samenloop van Omstandigheden

In de refter van het Antwerpse Maagdenhuis staat een wit beeld tegen een blauwe muur. Het werk van de Antwerpse kunstenaar Philip Aguirre y Otegui heet ‘De bordendrager’. Het dateert van 2010 en dit schrijft de kunstenaar er zelf over: ‘Het was een periode waarin wereldwijd culinaire topchefs de status en adoratie van rocksterren hadden. Tegelijkertijd lopen achter de schermen tientallen slechtbetaalde en dikwijls illegale hulpjes en plongeurs rond. Ik wou een monument voor die anonieme werkkrachten maken.’

De refter is vandaag omgebouwd tot Restaurant Samenloop. Het restaurant is eigenlijk een opleidingsplek voor asielzoekers, nieuwe migranten en andere mensen die maar moeilijk over de drempels van de arbeidsmarkt raken. Het beeld van Aguirre is een ode aan hen, met dat verschil: ze worden niet uitgebuit en uit het zicht gehouden, maar staan centraal en leren vaardigheden die hen helpen op eigen benen te staan in de competitieve wereld waarin ze zijn terechtgekomen.

Deze zomer boekt MO* viermaal een tafeltje in Restaurant Samenloop. We nodigen vier bijzondere denkers uit voor een filosofisch gesprek.

Restaurant SAMENLOOP is een initiatief van de vzw GATAM. Meer info: https://www.samenloop.be/