Milieuambtenaren proberen schade na 3 jaar oorlog in te schatten
Oorlog in Oekraïne veroorzaakt de ene milieuramp na de andere

© Toon Lambrechts

© Toon Lambrechts
Drie jaar geleden begon de oorlog in Oekraïne. Die eist niet alleen mensenlevens, maar hakt ook stevig in op de natuur. Die milieuschade is vaak geen neveneffect van de oorlog, maar een wapen op zich. Milieuambtenaren proberen zicht te krijgen op de gevolgen van de ene milieuramp na de andere.
Vitalii Senko wroet met zijn voet enkele stukjes metaal uit de grond. ‘Hier, nog een paar fragmenten van een raket. Neem maar mee als souvenir.’ Hij toont de krater waar het explosief zich in de grond boorde, een pijplijn opblies en een deel van de bekleding van een olietank wegrukte. De schade is ondertussen hersteld, maar in het gat staat nog een donkere poel olie.
Senko is directeur van Oil Transshipment LTD, een olieopslagplaats in de zuidelijke Oekraïense havenstad Mykolajiv. Afgewerkte olieproducten worden hier gelost, opgeslagen in tankers, en vervolgens verdeeld. Een privaat bedrijf, al geeft Senko toe dat het Oekraïense leger een belangrijke klant is.
Het ligt aan de Zuidelijke Boeg, een rivier die 65 kilometer verderop in de Zwarte Zee uitmondt. In februari 2022 rukte het Russische leger op tot aan de buitenwijken van Mykolajiv, maar het slaagde er niet in de stad te bezetten. Mykolajiv is samen met Odesa een van de belangrijkste Oekraïense zeehavens, maar vandaag ligt de scheepvaart grotendeels stil.
‘Voor Belgorod’
Wat niemand drie jaar geleden had kunnen voorspellen, gebeurde toch op 24 februari: de Russische invasie van Oekraïne. Die werd niet de snelle zegetocht waar Moskou op hoopte, maar draaide uit op een slopende oorlog. De menselijke tol ligt bijzonder hoog.
Maar het geweld eist ook stille, onzichtbare slachtoffers, zoals de rijke natuur van het land. Die deelt zwaar in de klappen. Hele regio’s langs de frontlinie zijn omgewoeld door het krijgsgeweld, herleid tot doodse landschappen, bezaaid met mijnen, onontplofte munitie en uitgebrand wapentuig. Bombardementen op industriële sites en energie-infrastructuur veroorzaken de ene milieuramp na de andere, en natuurgebieden worden onder de voet gelopen.
Al te vaak is milieuschade geen neveneffect van een oorlog, maar een wapen op zich. In september vorig jaar, bijvoorbeeld, loosde Rusland vervuild water in de rivier de Sejm om de drinkwatervoorziening van Kiev in het gedrang te brengen. Volgens Oekraïne bezondigt Rusland zich op grote schaal aan het opzettelijk beschadigen van het milieu. In die mate zelfs dat Kiev spreekt van ecocide, het doelbewust en op grote schaal vernietigen van natuur en milieu.
Vitalii Senko toont foto’s op zijn telefoon. Hij heeft ondertussen een hele collectie beelden van explosies, gemaakt door bewakingscamera’s. Want de raketaanval die de ondergrondse pijpleiding opblies, was lang niet de enige. Vorige zomer lag de olieopslagplaats verschillende malen onder vuur en onlangs was het opnieuw raak. 4 van de 21 opslagtanks zijn onherstelbaar vernietigd. Ongeveer 5000 ton olie, goed voor 250 tankwagens, ging verloren. Gelukkig vielen er geen slachtoffers onder de arbeiders.
Aan de andere kant van het bedrijf ligt nog een krater als getuigenis van de laatste aanval, die gebeurde tijdens de nacht van 18 juli. Omstreeks twee uur stortten vier Shaheds, drones van Iraanse makelij, zich op de site.
Eén ervan trof doel, en opnieuw ging een olietank in vlammen op. De resten van de andere Shaheds liggen in een hoek bijeengeveegd. ‘Voor Belgorod’, vertaalt Senko het opschrift op een van de afgebroken vleugels. Het is een verwijzing naar de Russische stad vlak bij de grens, een belangrijke uitvalsbasis voor het Russische leger die regelmatig onder Oekraïens vuur komt te liggen.
Een wirwar aan pijpleidingen dient als pad om, een meter boven de grond, tussen de tanks te kunnen komen. De bodem is doordrenkt met olie, het gras doodbruin. Bij een olietank achteraan is de volle omvang van de schade nog goed te zien. Rondom de tank liggen verwrongen metaal en een dikke laag zwarte smurrie.
‘Onze mannen hebben er uren over gedaan om de vlammen min of meer onder controle te krijgen. Een groot deel van de olie lekte in de grond, maar het volume dat in de rivier terecht kwam bleef beperkt.’ Gelukkig maar, want de Zuidelijke Boeg mondt uit in een ecologisch bijzonder waardevol estuarium dat het deelt met de rivier de Dnjepr. Wat er met de sterk vervuilde grond moet gebeuren, is een vraag voor na de oorlog.

De gehavende olieopslagplaats in de Oekraïense havenstad Mykolajiv.
© Toon Lambrechts

Het resultaat van Russische droneaanvallen op een olieopslagplaats in Mykolajiv.
© Toon Lambrechts
Ecologisch rampgebied
Oorlog schaadt de natuur op tal van manieren. Het meest voor de hand liggend zijn de directe gevolgen van gevechten. Het gebruik van explosieve wapens, zoals artillerie, raketten, drones en ander wapentuig, is in deze oorlog van een intensiteit die doet denken aan de Tweede Wereldoorlog. Hele regio’s langs het front in het oosten en het zuiden van Oekraïne zijn herleid tot een omgewoeld, pokkig maanlandschap, ontdaan van elk leven.
Zware industrie, zoals mijnbouw, metallurgie en chemie domineren de Donbas. Deze regio was een al ecologische tijdbom voordat de oorlog er in 2014 de kop opstak.
Het grootste deel van de vijandigheden speelt zich af in het oosten van Oekraïne. De frontlijn snijdt dwars door de Donbas, het industriële hart van het land. Zware industrie, zoals mijnbouw, metallurgie en chemie domineren de Donbas. Deze regio was een al ecologische tijdbom voordat de oorlog er in 2014 de kop opstak. Het is een gigantische cluster van industriële infrastructuur die dateert uit de Sovjettijd, toen bezorgdheid om het milieu nog iets was voor het kapitalistische Westen.
Net te midden van deze toxische erfenis laat de oorlog zich van zijn meest destructieve kant zien, met alle gevaren van dien. Een groot aantal fabrieken is platgewalst door de oorlog. Hun schadelijke last ging in vlammen op, sijpelde in de bodem of belandde in het water. Het komt boven op de chemische vervuiling die explosieven allerhande achterlaten, net als vernietigde voertuigen of militaire infrastructuur.
Al sinds het begin van de invasie neemt Rusland systematisch de Oekraïense energie-infrastructuur onder vuur. Hun strategie dient militaire doelen, maar is ook bedoeld om het moreel van het land te breken. Oekraïne op zijn beurt heeft de capaciteit ontwikkeld om met drones en raketten Russische olieraffinaderijen te bombarderen. Daarmee wil Kiev de Russische troepen brandstof ontzeggen en het land economisch raken waar het pijn doet.
Gesprekken vorig jaar tussen beide partijen om aanvallen op energie-infrastructuur stop te zetten, liepen op niets uit. Net deze aanvallen hebben grote gevolgen voor het milieu.
Daarbij komt de impact van het immense netwerk van militaire infrastructuur dat zich over Oekraïne uitrolt. Zowel Rusland als Oekraïne bouwen in sneltempo aan verdedigingslinies, loopgrachten, antitankversperringen, militaire basissen en andere infrastructuur vereist voor de oorlog. De schaal van deze militaire bouwwoede is enorm, en zwelt met de dag aan.
Bijbelse vloedgolf
Het plaatsje Nova Dofinivka ligt een vijftiental kilometer ten oosten van Odesa en is een van de vele badplaatsen aan de oevers van de Zwarte Zee. Vandaag ligt het strand er verlaten bij. Niet omdat het weer te guur is, maar omdat het Oekraïense opperbevel de gehele kustlijn en de Zwarte Zee tot verboden gebied heeft verklaard.
Yulia Kalinina, hoofd van de regionale milieu-inspectie in Odesa, heeft wel nog toegang tot Nova Dofinivka. Wekelijks voert de milieu-inspectie metingen uit om de kwaliteit van het zeewater in de gaten te houden. ‘Bij het begin van de oorlog lag ons werk stil, maar sinds juni voeren we opnieuw testen uit om de impact van de oorlog op het maritieme milieu in kaart te brengen, en dan vooral de gevolgen van de vernietiging van de Kachovkadam.’
Al sinds de eerste dagen van de oorlog heerste er grote bezorgdheid dat de Kachovkadam, nabij de zuidelijke stad Cherson, zou breken. Op 6 juni 2023 werd die vrees bewaarheid. Een explosie gevolgd door een dambreuk veroorzaakte een ongeziene vloedgolf. De precieze oorzaak van de ramp blijft onduidelijk, maar alle vingers wijzen naar Rusland, dat op dat moment de controle over de dam uitoefende. Zo’n 18 vierkante kilometer water overspoelde de regio stroomafwaarts. Het werd de grootste milieuramp in Europa sinds Tsjernobyl.
Vandaag is de Zwarte Zee van de ergste klap na de dambreuk in 2023 hersteld. De meest dramatische scenario’s bleven uit, al hangt er nog veel onzekerheid over de precieze gevolgen.
‘De weken na de ramp was de hele kust bezaaid met rotzooi’, herinnert Kalinina zich. ‘Brokstukken, hele bomen, afval, dode dieren, ik heb zelfs een half huis voorbij zien drijven.’ Vandaag slingeren hier en daar nog enkele stukken puin rond, maar het grootste deel is ondertussen opgeruimd of opnieuw opgenomen door de golven.
‘De eerste testresultaten bleken ronduit dramatisch. Het water bevatte olie, chemicaliën en pesticiden. De watervloed had sediment met zich meegesleept en de delta van de Dnjepr bedekt onder een dikke laag slib. Net dat ecosysteem is belangrijk voor soorten eigen aan de Zwarte Zee, zoals de Kaspische rivierkreeft. De modderstroom veroorzaakte een algenbloei die wekenlang aanhield. Algengroei is eigenlijk een mechanisme van de zee om zichzelf te zuiveren, maar nu verminderde het zuurstofgehalte in het water gevoelig.’
Vandaag is de Zwarte Zee van de ergste klap hersteld. De meest dramatische scenario’s bleven uit, al hangt er nog veel onzekerheid over de precieze gevolgen van de dambreuk, aldus Kalinina. ‘We testen op de aanwezigheid van zware metalen, ammonium, pesticiden... De resultaten liggen in lijn met de situatie van voor de oorlog. Maar eigenlijk is ons beeld over de precieze gevolgen van de ramp in Kachovka beperkt. We hebben geen data vanop volle zee, aangezien we daar geen metingen kunnen doen.’

Yulia Kalinina en haar collega van de milieu-inspectie aan het werk in Nova Dofinivka, niet ver van Odesa.
© Toon Lambrechts
Platgewalste natuurgebieden
De weg naar het Snihoerivka loopt door een leeg landschap, dat door de late herfst van alle kleur is ontdaan. Hier toont de oorlog duidelijk zijn lelijke gelaat. Hele dorpen werden haast volledig verwoest en ook in Snihoerivka zelf is de schade groot.
Inna Krivko is hoofd van de regionale milieu-inspectie, die instaat voor het beheer van natuurgebieden in de regio rond Mykolajiv. Ze stopt bij een klein natuurgebied aan de oevers van de Inhoelets, een zijrivier van de Dnjepr. Het is haar taak om er de ecologische schade op te meten, want ook hier zette de vloedgolf na de verwoesting van de Kachovkadam begin juni 2023 alles onder water.
‘Het duurde twee weken voor de Inhoelets weer zijn normale peil had bereikt’, vertelt Krivko. ‘Bij ons vorige bezoek hingen er nog dode vissen in de bomen. In dit gebied huizen een aantal waardevolle vogelsoorten zoals de scharrelaar. We willen nagaan in hoeverre de vogelpopulaties de vloedgolf hebben overleefd.’
Het uitgestrekte Oekraïne herbergt een waaier aan ecosystemen, van de Karpaten in het zuidwesten tot de steppes van het oosten. Maar de wilde natuur heeft klappen gekregen. Ongeveer een derde van alle beschermde gebieden raakte op een of andere manier beschadigd.
Een goed voorbeeld is de Kinburn Spit, een landtong in de monding van de Dnjepr. Dit unieke stuk natuur kwam recht in de vuurlinie te liggen. Beschietingen, branden, loopgrachten en de bewegingen van militaire voertuigen hebben de Kinburn Spit volledig vernietigd. Voor een aantal kwetsbare endemische soorten, zoals de zandblindmuis, betekent de verwoesting van hun laatste restjes leefgebied misschien wel het einde.
‘De precieze omvang van de schade die de oorlog heeft toegebracht aan de rijke biodiversiteit van Oekraïne zal pas na de oorlog duidelijk worden’, zegt Inna Krivko. ‘Een groot deel van ons land blijft bezet. Behalve door informatie van satellieten weten we er erg weinig over. Andere natuurgebieden werden wel al bevrijd, maar zijn niet toegankelijk omdat ze dicht bij de frontlinie liggen of omdat er nog mijnen in de grond zitten.’
Falen van de instellingen
In december vorig jaar raakten twee Russische olietankers in zwaar water nabij de Straat van Kerts, de zee-engte tussen Zwate Zee en Zee van Azov. Naar schatting 8000 ton olie belandde in zee. Een zoveelste incident op rekening van de zogenoemde schaduwvloot, een samenraapsel van olietankers die Russische olie verschepen, voornamelijk via Azië, om zo de westerse sancties omzeilen.
Veel van deze schepen met een vaak dubieuze oorsprong zijn in slechte staat, wat al meermaals tot gelijkaardige ongelukken leidde. Bovendien lappen de schepen van Moskou's schaduwvloot internationale regels over het lozen van olieresidu's en ballastwater systematisch aan hun laars. Dat maakt dat er zo ook mogelijk invasieve soorten uit Afrika of Azië in de Zwarte Zee terechtkomen.
De Russische schaduwvloot laat een ander aspect zien van hoe de oorlog het milieu schaadt. Want anders dan de gevolgen van beschietingen en bombardementen blijft de indirecte impact wat buiten beeld. Nochtans valt die niet te verwaarlozen.
Oorlog maakt dat institutionele bescherming van het leefmilieu afbrokkelt. Overheidsinstellingen bevoegd voor milieubescherming en -controle kunnen hun werk niet meer doen. Internationale samenwerkingsverbanden, zoals bijvoorbeeld de Black Sea Commission die waakt over de gezondheid van de Zwarte Zee, vallen stil, net als wetenschappelijk onderzoek en monitoring.
Veel natuurgebieden verloren hun beschermde status onder de Russische bezetting en werden volgebouwd met woningen en andere infrastructuur bedoeld voor Russische burgers.
Een ander voorbeeld is illegale houtkap. Al vóór februari 2022 kapte Rusland op grote schaal bossen op bezet Oekraïens grondgebied. Maar sinds de invasie is de kaalslag exponentieel toegenomen, deels om de strijdkrachten van brandhout te voorzien, deels voor commerciële doeleinden.
Ook Oekraïne kampt met illegale houtkap, vooral in de Karpaten, in het westen van het land. Die nam evengoed toe in volume, omdat overheidsinstanties verantwoordelijk voor toezicht niet meer naar behoren werken. En corruptie wordt bovendien al te vaak onder de mat geveegd met de oorlogssituatie als rechtvaardiging.
Eenzelfde patroon tekent zich af bij beschermde natuur. Een aantal natuurgebieden met een hoge ecologische waarde, zoals Svjati Hory, kwamen in de frontlinie te liggen en werden haast volledig verwoest.
De meeste schade aan wilde natuur vindt echter op de Krim plaats, een regio met een unieke fauna en flora. Veel natuurgebieden verloren hun beschermde status onder de Russische bezetting, en werden volgebouwd met woningen en andere infrastructuur bedoeld voor Russische burgers die zich op de Krim vestigen.
Dat gebeurde onder andere in het Jaltagebergte, op de Krim, waar een groot deel van het natuurreservaat volgebouwd werd met luxueuze verblijven. In het noorden van Oekraïne, in de grensregio met Belarus, werd de bescherming van een aantal natuurgebieden opgeheven om het leger toe te laten militaire infrastructuur op te trekken.

Een rakettenkerkhof net buiten Charkiv. Alle wapentuig dat op de stad werd afgevuurd, wordt hier opgeslagen.
© Toon Lambrechts
Doelbewuste milieumisdaden
Het werk van milieu-inspecteurs Yulia Kalinina en Inna Krivko lijkt futiel in het licht van de verwoestingen die de oorlog aanricht. Maar Oekraïne neemt de oorlogsschade aan het milieu bijzonder ernstig. Kiev wil de ecologische schade van de Russische invasie zo gedetailleerd mogelijk in kaart brengen, in de hoop Rusland bij een eventuele vredesovereenkomst te laten opdraaien voor het geleden verlies. Ook in het tienpuntenplan dat president Zelensky al in november 2022 naar voren schoof als basis voor verdere onderhandelingen staat milieuschade expliciet vermeld.
Dat is een belangrijk gegeven, stelt Maksym Popov, adviseur van de procureur-generaal. Popov, voor de oorlog milieuadvocaat, leidt het onderzoek naar milieuschade veroorzaakt door de Russische invasie.
‘Milieuschade bleef bij vorige conflicten vaak buiten beeld. Oekraïne wil dit aspect van de oorlog op de voorgrond brengen', vertelt hij. ‘De Conventie van Genève verplicht strijdende partijen om ernstige en langdurige schade te beperken. Maar Rusland pleegt doelbewust milieumisdaden, met het opblazen van de Kachovkadam als meest sprekende voorbeeld.’
Het verzamelen van data moet Oekraïne in staat stellen Rusland ter verantwoording te roepen. ‘Moskou moet betalen voor wat het heeft aangericht, niet Europa of de Verenigde Staten. Tegelijkertijd sporen we individuele bevelhebbers op die verantwoordelijk zijn voor specifieke oorlogshandelingen met milieuschade als gevolg.’
Het internationaal recht biedt mogelijkheden om milieuschade in de context van gewapend conflict te berechten, maar die zijn eerder beperkt. Popov pleit ervoor om ecocide op te nemen als internationale misdaad. ‘Het vernietigen van het milieu op grote schaal zou zo naast genocide en etnische zuiveringen komen te staan. Dat is mijn persoonlijke opvatting, maar ik zie hoe de internationale steun groeit voor een erkenning van ecocide.’
Hypotheek op de toekomst
Krijgt Rusland ooit de rekening voor de milieuschade in Oekraïne voorgeschoteld? Dat valt af te wachten. De oorlog lijkt vastgelopen, en met de verkiezing van Trump tekent er zich een nieuwe geopolitieke realiteit af. Onderhandelingen zouden een uitkomst moeten bieden, maar welke dan wel blijft vaag.
De precieze omvang van de schade aan de Oekraïense natuur moet nog blijken, want een precies beeld van de situatie in de bezette gebieden of aan de frontlinie ontbreekt. Maar dat de gevolgen enorm zijn is wel al duidelijk, zo tonen de beschikbare data.
Het Nationaal Instituut voor Bodemwetenschappen schat dat al meer dan 100.000 vierkante kilometer landbouwgrond door oorlogsvervuiling werd aangetast. Een groot deel ervan is verloren voor de landbouw. Het oppervlakte aangetast door mijnen en onontplofte munitie bedraagt zo’n 170.000 vierkante kilometer, net geen derde van het land.
Dat legt een zware hypotheek op de toekomst, zeker voor een land waar landbouw economisch zwaar doorweegt, en dat boven op het menselijk leed dat de Russische invasie over Oekraïne uitstortte.
Lees meer over drie jaar oorlog in Oekraïne
Word proMO*
Vind je MO* waardevol? Word dan proMO* voor slechts 4,60 euro per maand en help ons dit journalistieke project mogelijk maken, zonder betaalmuur, voor iedereen. Als proMO* ontvang je het magazine in je brievenbus én geniet je van tal van andere voordelen.
Je helpt ons groeien en zorgt ervoor dat we al onze verhalen gratis kunnen verspreiden. Je ontvangt vier keer per jaar MO*magazine én extra edities.
Je bent gratis welkom op onze evenementen en maakt kans op gratis tickets voor concerten, films, festivals en tentoonstellingen.
Je kan in dialoog gaan met onze journalisten via een aparte Facebookgroep.
Je ontvangt elke maand een exclusieve proMO*nieuwsbrief
Je volgt de auteurs en onderwerpen die jou interesseren en kan de beste artikels voor later bewaren.
Per maand
€4,60
Betaal maandelijks via domiciliëring.
Meest gekozen
Per jaar
€60
Betaal jaarlijks via domiciliëring.
Voor één jaar
€65
Betaal voor één jaar.
Ben je al proMO*
Log dan hier in